Van de Amerikaanse filmster is geweten dat hij graag met een motorfiets onderweg was. Hij had ook redelijk wat talent in het off-road rijden en was zelfs in het bezit van een internationale wedstrijdlicentie. Zo kwam hij na een jaar trainen terecht in de ISDE van 1964 die toen in het Duitse Erfurt werd gereden. Steve McQueen werd geselecteerd voor het vijfkoppige Team USA.
Niemand kon zich dit in 1964 voorstellen: terwijl zijn neef uit Halle bij de grens werd neergeschoten omdat hij zijn tante in Braunschweig wilde bezoeken, reed een Amerikaanse superster op zijn enduro door de bossen in Erfurt alsof alles één grote wereldvrede was. De Zesdaagse komt ruwweg overeen met de Olympische Spelen voor motor enduro off-road rijders. En Steve McQueen, die eerder een superster van de westerse cinema was geworden door de kaskrakers “The Great Escape” en “The Magnificent Seven”, deed mee aan deze waanzinnige wedstrijd als vast lid van het Amerikaanse team.
Wat hij zich niet realiseerde, was dat hij het moest opnemen tegen ongelooflijk getrainde militaire rijders uit het Oostblok. Wellicht had hij geen schijn van kans, vooral omdat hij op een zware Triumph Bonneville 650 reed. Deze prachtige motor droeg de knappe acteur dwars door menig bocht en zakte vaak weg in de modder. Maar toch: Voor Steve McQueen was het een groot feest en een tijd waarin hij genoot met zijn motorvrienden, wat duidelijk te zien op de prachtige foto’s van Francois Gragnon, de jonge fotograaf die dit evenement versloeg.
Een film van Thomas Purschke en Hans-Jürgen Büsch
Foto: Francois Gragnon en Pic courtesy of Dave Martin
