Published On: 24/04/2024

De Amerikaanse motorcrosslegende Brad Lackey onthult zijn Europese avontuur en leven na zijn actieve racecarrière. Mark Faber vuurde een aantal vragen af op “Bad Brad”. De antwoorden kan je hieronder lezen en gaan natuurlijk over zijn stap naar de Europese circuits en de 500cc wereldtitel.

Ik heb me altijd afgevraagd, net als de Britten, dat er heel veel Amerikaanse motorcrossers waren die liever alleen de nationale competitie reden. Is het gewoon uit chauvinisme denk je?

Brad Lackey: Ik denk niet aan chauvinisme. Er was minder werk en meer geld te verdienen door in de VS te blijven.

Aan de andere kant had je renners die het erg leuk vonden in Europa zoals jij en Jim Pomeroy, hoe komt dat in jouw geval?

Brad Lackey: Mijn doel was altijd om te proberen het beste uit mezelf te halen. Nadat ik in 1972 met gemak het kampioenschap hier in de VS had gewonnen, leek het me logisch om de volgende uitdaging aan te gaan.  En om de beste te zijn, vond ik dat ik moest leren van de Europeanen.  Zij waren jaren eerder naar de VS gekomen en hadden alle Amerikanen verslagen.  Ik wilde niet alleen gaan, dus heb ik Jim Pomeroy overgehaald om ook naar Europa te komen.

Wat betreft je kampioensjaar, was er een soort van overleg na het seizoen ’81?  Je hebt bijna alles hebt geprobeerd, elk merk, er moet toch van tevoren een plan zijn bedacht?

Brad Lackey: Het seizoen van ’81 was niet goed.  Ik brak mijn voet aan het begin van het seizoen en de motor was ver achter in ontwikkeling omdat Suzuki al 5 jaar geen 500cc racemotor had gehad.  Dus voor ‘82 moesten we veel dingen veranderen. Simons vorken waren een van de grote veranderingen samen met de transmissie, motor, schokbrekers, uitlaatpijp enz.  Ja, we hadden een plan en het werkte!

Gerrit Wolsink raakte na 1979 niet meer op zijn oude niveau. Heeft dat gegeven je beïnvloed in je beslissing?

Brad Lackey: Ja, ik wilde niet zoals Wolsink zijn en geen goede motor krijgen voor het volgende jaar.

Je moet de druk gevoeld hebben alsof je in de herfst was, zo niet aan het einde van je carrière?

 Brad Lackey: Ik wist dat 1982 waarschijnlijk mijn laatste kans was bij een fabrieksteam om mee te doen aan het wereldkampioenschap.

Hoe kwam je bij Suzuki terecht?

Brad Lackey: Suzuki was in mij geïnteresseerd omdat ik in 1980 als 2de in het kampioenschap eindigde. Ik had een kans om dat jaar te winnen, maar Malherbe zorgde ervoor dat dat niet gebeurde.

Er waren zogezegd twee kapiteins op het Suzuki-schip, was het op voorhand de bedoeling om twee rijders te hebben die voor de titel streden?

Brad lackey: Ik denk dat Suzuki verrast was dat Vromans zo goed was dat jaar.

Hoe goed kon je persoonlijk met André Vromans opschieten?

Brad Lackey: André en ik hadden geen problemen, hij was een goede, veilige en correcte racer.

Hebben jullie nog steeds contact?

Brad Lackey: Ik heb hem maar een paar keer gezien sinds die tijd, maar altijd goed om hem te zien.

Wat deed je na je actieve motorcrossloopbaan?

Brad Lackey: Ik ben een T-shirt bedrijf begonnen en heb shirts en kleding voor grote motorraces en rally’s gedrukt. Nu restaureer ik oude MX-motoren voor mijn plezier… en soms voor wat geld.

Ben je nog steeds betrokken bij motorcross?

Brad Lackey: Ik kijk alleen nog graag naar de races, ik ben er niet meer bij betrokken.

Tekst: Mark Faber
Foto: Danny Hermans