In de hete zomer van 1976 zijn het de twee Belgen Roger De Coster en Gaston Rahier die wereldtitels pakken in respectievelijk de 500 en de 125cc. De Coster wint zijn vijfde titel, Rahier zijn tweede.
Op 2 januari 1976 heeft een zware storm een bres geslagen in de dijken van de Vliet, een bijriviertje van de Rupel. Daardoor komt de gemeente Ruisbroek en grote delen van de aangrenzende gemeenten onder water te staan. Een maand later komt de Nederlandse prins Bernhard in opspraak omdat vermoed wordt dat hij steekpenningen zou ontvangen hebben van de Amerikaanse firma Lockheed.
In april worden het noorden en het zuiden van Vietnam herenigd. Voetbalclub Anderlecht wint voor het eerst de Europa Cup en de rijkswacht maakt met een pittige raid op het gemeentehuis van Schaarbeek een einde aan de zogenaamde “lokettenkwestie”. In de Italiaanse stad Seveso ontsnapt een uiterst gevaarlijk gif met de naam dioxine. Tien dagen na de ramp worden honderden mensen uit het gebied geëvacueerd. De zomer van 1976 wordt één van de warmste ooit met een erg lange periode van hitte en vooral weinig regen. Lucien Van Impe wint dankzij zijn klimmerstalent de Tour de France en in september overlijdt voorzitter Mao Zedong in de Chinese hoofdstad Peking.
Op 1 november komt er een einde aan de burgeroorlog in Libanon en de radio spuwt om de haverklap het melodietje van Love Hurts van de popgroep Nazareth in de ether. Maar de echte nummer één van 1976 is toch wel Dancing Queen van de Zweedse succesgroep ABBA.
500cc
Eind 1975 trok Yamaha zich terug uit het WK motorcross waardoor zowel Jaak Vanvelthoven als Ake Jonsson op zoek moesten naar een andere werkgever. In diezelfde periode had Honda geprobeerd om Roger De Coster weg te halen bij Suzuki maar hij bleef trouw aan het merk dat hem al vier wereldtitels schonk. De opener in Payerne werd echter een maat voor niets voor de snelle Belg. In een poging om een plaatsje te winnen ging hij samen met een gedubbelde rijder tegen de vlakte en moest opgeven. De blessure was van die aard dat hij ook niet meer zou starten in de tweede reeks. Gerrit Wolsink won er beide reeksen.
De vliegende tandarts zou in 1976 zijn voornaamste concurrent zijn voor de wereldtitel. Later dat jaar won De Coster op de citadel van Namen maar was nog niet zeker van de wereldtitel. Wolsink moest in Ettelbruck beide reeksen winnen om nog aanspraak te kunnen maken op de titel. De Coster viel in de eerste reeks uit met een defecte gaskabel en voorvork. Na wat schermutselingen had Jaak Vanvelthoven de leiding overgenomen en moest Wolsink over “lange Jaak” om nog aanspraak te kunnen maken op de titel. Vanvelthoven gaf echter geen krimp en won de reeks. Roger De Coster won zo zijn vijfde wereldtitel in de 500cc klasse. Tot op de dag van vandaag wordt gewag gemaakt van een complottheorie tussen de Belgen maar die kon nooit bewezen worden.
250cc
In het wereldkampioenschap 250cc kon de Fin Heikki Mikkola het laken naar zich toe trekken met één luttel puntje overschot op de Rus Gennady Moiseev. Hij werd door Husqvarna gevraagd om van de 500cc over te stappen naar de 250cc om daar de wereldtitel binnen te halen. Moiseev kon in de eerste twee wedstrijden te Sabadell Spanje en in het Belgische Betekom geen punten scoren maar kwam nadien steeds sterker opzetten.
Die andere Rus, Vladimir Kavinov werd derde in het WK. Harry Everts werd vijfde, Raymond Boven dertiende, André Malherbe veertiende en Joël Robert negentiende. Het was trouwens voor het eerst in de geschiedenis dat een motorcrosser zowel een wereldtitel kon winnen in de 500cc als in de 250cc.
125cc
Een jaar voordien moesten zowel Gilbert De Roover als André Malherbe lijdzaam toezien dat de Suzuki’s sneller waren dan hun Duitse Zundapp’s. Het was daarom dat Zundapp zich terugtrok uit het WK in 1976. Gaston Rahier was uiteraard favoriet na het winnen van zijn eerste wereldtitel en trok meteen flink van leer tijdens de eerste vier wedstrijden.
Zijn voornaamste concurrenten kwamen dat jaar allebei uit Tsjechoslovakije. Jiry Churavy en Zdenek Velky moesten hun meerdere erkennen in de kleine Belg want hun CZ’s waren geen partij voor de Suzuki. Rahier won vijftien van de vierentwintig reeksen en won zijn tweede titel in de lichtste klasse van het WK. Francois Minnen en Dieudonne Stouvenaekers werden respectievelijk achttiende en negentiende in dit WK. Opmerkelijk was ook de deelname van de Amerikaan Marty Smith in dit WK 125cc. Telkens als hij meedeed scoorde hij flink wat punten, hij won zelfs de GP’s in Denemarken en de USA. Zijn hoofddoel was echter het Amerikaans kampioenschap waardoor hij heel wat wedstrijden in Europa moest missen.
De MXoN
De Motorcross der Naties werd dat jaar in de Nederlandse zandbak van Sint-Anthonis gereden. De Belgische ploeg bestond uit Jaak Vanvelthoven, Harry Everts, Gaston Rahier en Roger De Coster. Hun voornaamste tegenstanders waren de Nederlanders met Gerrit Wolsink, Frans Sigmans, Gerard Rond en Toon Karsmakers. De Rus Gennady Moiseev won de eerste reeks voor De Coster. Onze landgenoot kon evenwel de tweede reeks winnen voor de vliegende Fin Heikki Mikkola. Uiteindelijk konden de Belgen de “Naties” winnen voor team Nederland. Duitsland werd derde in de MXoN van 1976.
De Trofee der Naties werd verreden in het Zwitserse Wohlen. De Belgische bondscoach vaardigde hetzelfde team af als voor de Motorcross der Naties. De Belgen wonnen andermaal de begeerde trofee voor de USSR en Tsjechoslovakije.
Winnaars Belgisch kampioenschap 1976
- Inters 500cc Roger De Coster
- Inters 250cc Gaston Rahier
- Zijspannen Aloïs De Kort
- Seniors 500cc André Vromans
- Seniors 250cc Philippe Daubie
- Seniors 125cc Christian Timmermans
- Juniors 500cc Jos Megens
- Juniors 250cc Jean-Marie Milissen
- Juniors 125cc Michel Leclercq