Geoff Ward (hoewel je ‘Geoff’ ook uitspreekt als ‘Jeff’, niet te verwarren met Jeff Ward, de latere Amerikaanse motocrosser!) is inmiddels 91 (als ik dit schrijf), en ik dacht als ik nog een carrièreverhaal over hem wil schrijven dan moet dat nu zijn. Na hem een handgeschreven brief gestuurd te hebben, bleek hij te oud om het interview zelf te doen en deed hij daarom een beroep op oud jaren 50/60 GP- Greeves fabrieksrijder Mike Jackson.
Mooi gegeven is dat Geoff Ward een van Jacksons idolen was in diens jeugdjaren! (nb: het moment van schrijven, eind oktober 2020, is Jackson 81 en Ward 91!) In latere jaren heeft Jackson nog tegen Ward gereden. Mike Jackson is daags na Wards verzoek bij Geoff Ward langsgegaan om met hem tijdens een lunch mijn vragen te bespreken. Een half uur durend telefoongesprek naar Engeland met Jackson leverde dit op:
Voorgeschiedenis
Geoff Ward werd geboren in 1929 in Maidenhead, Berkshire, Engeland. Hij was wees, en is geadopteerd. In zijn tienerjaren dolde hij om met auto’s en motoren. En hij begon aan Scrambles te doen, gesponsord door Taylor Madison.
Een carrière vangt aan
Jackson zag hem niet eerder rijden dan in 1950, al hij was enige jaren daarvoor al op nivo bezig. Maar hij reed in 1943 voor het eerst op een motor. Halverwege zijn tienerjaren verliet Ward het adoptiegezin. Hij was toen al aan het crossen. Op 26 december 1947 op 18 jarige leeftijd behaalde hij zijn eerste overwinning op een Matchless, met een XWD Starframe, zoals hij zelf ooit eens vertelde.
Hij kwam bij Graham Beamish (zoon van Bill), in het team, bij wie hij een aantal maanden in huis woonde, in de buurt van Brighton, Sussex. Hij reed zeven jaar voor dit team. Dat was nog voordat hij gesponsord werd door Harold Taylor Madison. Harold was tevens de manager van het Britse Motocross Des Nations team. Geoff had toen de beschikking over speciaal geprepareerde 350 en 500 cc AJS-en.
Brits Kampioen
Geoff werd Brits kampioen in 1951 (overigens was dit het eerste jaar van het ACU Star kampioenschap), 1952 en 1954. In 1953 pikte John Avery de titel van hem af. Het Britse nationale kampioenschap heette toen nog het ACU kampioenschap. Als je in die tijd een nationaal kampioenschap won, het zij in Trials, Wegrace of Scrambling (Motocross), dan werd je beloond met een ACU Star.
Sunbeam Point to Point
Geoff won zowel de junior als de senior klasse van de Sunbeam Point To Point van 1951. In 1954 won hij de juniorklasse, en in 1956 nog eens de seniorklasse. De Sunbeam Point To Point was zonder twijfel een van de geweldigste scrambles in Engeland. De rijder met de snelste tijd won, de eerste 25% van de finishers ontving een beloning.
Longmoor, waar de Point To Point wedstrijd onder andere werd gehouden was tevens Wards lievelingscircuit. Deze wedstrijd werd jaarlijks verreden tussen 1951 en 1959. Hier behaalde hij ook zijn ronde record. Het circuit werd helaas later opgeëist als militair oefenterrein.
Samen met de wedstrijd op Hawkstone Park waren dit de races van het jaar voor Ward. In Wards’ herinnering waren alleen Bill Nicholson en hij degenen die de Point To Point twee keer wonnen. Brian Stonebridge en Geoff Ward kwamen in 1953 in de lucht in botsing met elkaar, een van zijn heftigere herinneringen aan een van die wedstrijden, Stonebridge won onbeschadigd de wedstrijd en Ward viel uit… Hij reed toen op een echte fabrieks AJS zegt Jackson nog.
Acht keer Motocross Der Naties!
Hij won met het Britse team viermaal de Motorcross der Naties in 1952, 1953, 1954 en 1956 zelfs met een manche overwinning! In het totaal deed hij acht keer aan het evenement mee, waarvan de eerste keer in 1950, hij kwalificeerde zich niet, hoewel hij wel een kwalificatieheat won, maar het Britse team won wel. Graham Beamish (eerder genoemd) finishte niet in de ’51 editie, hij viel uit met gebroken spaken. Later verloor Beamish bij een race ongeluk een oog waardoor zijn carrière langzaam tot een einde kwam.
Europees
In 1953 eindigde Ward als 6e in het Europees Kampioenschap, In 1954 kwam hij niet in de uitslag voor, in 1955 eindigde hij als 15e, al deze uitslagen op een AJS. In 1956 werd hij 6e op een BSA in datzelfde jaar won hij de GP van Zwitserland en stond hij als 3e op het podium in Frankrijk. En in 1957 staat hij als 16e in de EK eindstand vermeld op een Norton. Hij kende ook zijn successen in wedstrijden in Frankrijk, waaronder in Figeac en Montfort Le Rotrou.
“Hij was sterker als de motor. Het gebeurde meer dan eens dat de motor in tweeën brak…”
Wie was de persoon Geoff Ward?
Geoff Ward was een gemiddeld persoon. Hij had geen vijanden. Hij zat samen met Les Archer nogal eens achter de vrouwen aan in Europa. (grinnikt Jackson) Het lijdt geen twijfel dat hij daarmee ook triomfen vierde! Hij verplaatste zich trouwens in een Austin A40-, later in een A70 Pick Up en had een chauffeur, die tevens zijn monteur was. Nogal een luxe in die tijd. Geoff werd ook wel eens ‘Jolly Geoff’ genoemd, ik heb helaas niet kunnen achterhalen waaraan hij deze naam dankte…
Geoff had een nogal een ruige, moedige, agressieve rijstijl. In zijn jonge jaren was hij een erg grote sterke vent. Hij was niet erg goed in planning of strategie. De AJS stond niet bekend om zijn stuurkwaliteiten maar dat deerde Geoff niet. Dat corrigeerde hij met zijn kracht. Zo kon hij daarmee erg snel zijn.
Hij was sterker als de motor. Het gebeurde meer dan eens dat de motor in tweeën brak…Qua rijstijl kun je hem wel wat vergelijken met Dave Bickers of Joel Robert, agressief en onbehouwen. Of misschien als Basil Hall…die was ook erg sterk, maar zijn reputatie op het gebied van kapotte motoren was niet zo sterk.
Ondanks andere merken een gewezen AJS-piloot
Ward reed van 1951 tot 1955 op AJS, waarmee hij zijn grootste successen vierde, in 1956 zat hij op een BSA, waar hij stalgenoot was van Brian Stonebridge. Maar hij liet na korte tijd de viertakt weer voor wat ie was. Geoff kon niet erg goed overweg met de toen nieuwe schommelarm voorvorken op de BSA, maar desondanks won hij de Zwitserse Grand Prix.
Hij reed in 1957 op Norton. Er zijn niet veel mensen die dat weten, hij reed namelijk in het geheim op een Norton. Les Archer was geblesseerd en kon niet meer in actie komen. Het was in Frankrijk of in België toen Geoff voor het eerst op een Norton stapte. Geoff haalde vele overwinningen op de Norton van Archer.
Dit werd overigens vanwege de contractuele verplichtingen niet gerapporteerd naar Engeland! Ward was gek op de motor en genoot van elke keer die hij erop reed. Maar hij stond natuurlijk onder contract bij AJS… In 1960 reed hij nog op een Cheney-BSA.
Einde loopbaan
Mike Jackson verloor hem rond 1957 uit het oog omdat deze zelf nationale wedstrijden ging rijden. Inmiddels runde Ward een auto verkoop/cq werkplaats, en zoals zo vaak werd zijn zaak steeds succesvoller en vroeg steeds meer tijd. Aan het eind van het seizoen 1960 hing Geoff Ward de pothelm aan de wilgen.
Leven na de cross
Mike Jackson organiseerde In 1969 samen met Ralph Venables een Motocross competitie voor veteranen. Basil Hall en Geoff Ward waren onder de deelnemers. Pas later vernam hij dat zij de eerste pré 65 ooit georganiseerd hadden! Geoff runde jaren zijn bedrijf in Maidenhead Berkshire. Hij was niet meer zo bij wedstrijden betrokken, maar hij ging jaren achtereen naar een jaarlijkse lunch in Birmingham van oud ISTT- Trial rijders en scramblers. Hij heeft overigens nooit zijn interesse in de sport verloren. Hij woont nog steeds op zichzelf. Tegenwoordig in Noord-Devon. Zijn dochter staat hem daarin bij.
Tekst: Mark Faber
Foto’s: Luciano Costa en Marcel Hermans
Speciale dank: Geoff Ward en Michelle Ward; zijn dochter en Mike Jackson.
Bronnen: BSA The Competition History door Norman Vanhouse, Moto-Cross-The Golden Era door Paul Stephens.