The great Freeze: Beaulieu, deel 1 – december 1962
Zoals de zomer van 1976 staat voor maandenlange hitte en droogte, zo staat de winter van 1962-1963 bij velen nog in het geheugen gegrift als bar en bar koud. In de week voorafgaand aan Kerstmis slaat de winter overal in Europa toe.
Op een paar dagen tijd is heel West-Europa in de ban van een ongenadige winter. De Azurenkust, Italië en Barcelona zitten onder de sneeuw. In Spanje bevriezen 80 à 90% van de citrusvruchten. Duitsland en zelfs Portugal kennen sneeuwstormen. Nederland telt nog voor kerst al 11 doden en in Leeuwarden noteren ze -20°C. Ook in Frankrijk, Italië en Zwitserland worden kouderecords gebroken. In België raakt de drinkwaterbevoorrading stilaan in de problemen omdat alle oppervlaktewater dicht vriest.
In Zuid-Engeland echter staat de wereld helemaal stil. Op Tweede Kerstdag, Boxing Day, ontwaakt heel Engeland onder een dik sneeuwtapijt. De treinen vallen stil. Engeland is een kerkhof van achtergelaten auto’s. De bestuurders zoeken een onderkomen in dorpsherbergen en boerderijen. Boten vriezen vast. Men kan weldra fietsen op de rivieren. Half januari vriest de Kanaalkust dicht en drijven ijsschotsen Londen binnen langs de Thames. Men telt 13 doden en helikopters evacueren onophoudelijk halfbevroren mensen uit tientallen van de buitenwereld afgesneden dorpen. Op sommige plaatsen ligt tot 8 meter sneeuw. De helikopters pogen ook voedsel en geneesmiddelen te droppen boven een twaalftal ingesloten dorpen in Devonshire.
De voedselbevoorrading komt in het gedrang. Kolen zijn er genoeg maar ze geraken niet bij de kachels. Op de luchthaven van Londen worden de vluchten afgelast. Wegens een tekort aan chassis valt de autoproductie in Birmingham stil. De moerassige gebieden rond het zuidwestelijke Dartmoor zijn door de aanhoudende koude en sneeuw een soort van “toendra” geworden, waar de wilde natuur haar rechten herneemt. Vossen richten er ware slachtingen aan onder de afgezonderde schapen. In enkele beboste gedeelten van die streek zouden pony’s door de honger opnieuw wild geworden zijn en mensen hebben aangevallen. Voetbal- en rugbywedstrijden worden massaal afgelast. Zelfs, en hoe is dàt mogelijk in Engeland!?, de paardenrennen worden gecanceld!
Maar, opgelet, de motocross in Beaulieu Old Park gaat in ieder geval door!!! Beaulieu ligt ongeveer 50 km ten ZW van Matterley Basin (Winchester). Men vindt er een haas “in loopstand bevroren” maar mannen als Bickers, Goss, Burton, Horsfield en de broers Don en Derek Rickman draaien hun hand niet om voor een robbertje sneeuwracen in temperaturen stevig onder nul. Harde kerels. Hoe dat verder afloopt vertellen we in een volgende bijdrage.
De Greeves Hawkstone 249cc van 1960.
Foto: Jan Forier.
In Beaulieu ligt het befaamde National Motor Museum, opgericht in 1972. Het museum ligt in een park ooit toebehorend aan een abdij, in 1204 gesticht door King John, de snode koning uit de verhalen van Richard Leeuwenhart, Robin Hood en Ivanhoe. Hij koos een “mooie plek” voor zijn abdij en liet Franse monniken overkomen om ze te bouwen. Dat werd dus niet “Nice Place” maar “Beau Lieu”. Maar dat konden/kunnen Engelsen (nog steeds) niet uitspreken. Zij zeggen iets dat klinkt als “Bjoelie”. De abdij werd verwoest op bevel van Hendrik VIII in 1538. De abdijrestanten werden omgebouwd tot een statig landhuis. Downton Abbey op zijn best.
Je kan het kasteel bezoeken en wandelen in de prachtige tuinen of een ritje maken met een autobus uit 1912. Maar een bezoek aan het motormuseum is een absolute must voor elkeen die van auto’s en motoren houdt. (Talrijke filmpjes op YouTube!) Wat hier is samengebracht aan historische stukken grenst aan het ongelooflijke. Alle historische aspecten van motor, auto en snelheid komen er aan bod. Op zeker ogenblik kom je bij de Greeves Hawkstone 249cc van 1960. Deze motor is identiek aan de motor waarmee Dave Bickers Europees kampioen werd in 1960 en 1961. En zo komen we alweer dicht in de buurt van Beaulieu in de winter van 1962-63. (wordt vervolgd)
Officiële website gemeente Beaulieu
Officiële website National motormuseum Beaulieu
Auteur: Jan Forier
