Published On: 06/10/2025

Het stof is nog niet helemaal gaan liggen maar columnisten struikelen over elkaar om hun mening te geven over het voorbije motorcross-seizoen. Ondergetekende maakt het zich gemakkelijk, en blikt alleen maar terug op de Motocross of Nations. 

Ik ben een fan van de “Naties”. Het is hier, ten huize van, al jaren vaste prik. Met koffie, taart, pintjes en vooral veel te luide commentaar op het gebeuren. Ook heb ik al een aantal MXoN’s live mogen meemaken en daar geniet ik van de uitbundige sfeer, de verkleedpartijen, de verbeten strijd tussen motorcrossgoden en de veel te dure pintjes. Als motorcross een feest is dan is het dat zeker op de Motocross of Nations. Mensen die niks hebben met motorsport, nodig ik uit om volgend jaar om op 4 oktober 2026 naar Ernée te komen voor de 79e editie. Daar gaat het kot te klein zijn want in Ernée is er altijd sfeer in het kwadraat en bovendien gaan de Belgen daar, mits een beetje geluk, met de zege naar huis.

De MXoN is eigenlijk nauwelijks van format veranderd sinds zijn ontstaan in 1947. Toen werd de eerste landenwedstrijd gereden in Den Haag. De bedoeling is met een team van rijders (tegenwoordig drie rijders) zo weinig mogelijk punten te scoren. De eerste krijgt één punt, de tweede twee, de derde drie enzovoort. Dat de gecombineerde reeksen drie stuks tellen, komt omdat in het verleden de cilinderinhoud van de gangbare motoren 500cc, 250cc en 125cc was.

Bij het verdwijnen van de tweetakten in het WK motorcross werden de categorieën ingedeeld als MX2, MXGP en Open. Daar was niks mis mee maar je ziet nu dat de Open-reeks bevolkt wordt met rijders die zonder uitzondering kiezen voor een 450cc machine. De keuze is aan de rijder maar wat is het nut van een Open reeks als iedereen het voordeel kiest van een krachtige machine?

Niemand zal met een zotte kop beslissen om met een 250cc te rijden. “Ik zal die mannen met hun dikke brommers eens invetten met een 250” is toogpraat na tien Stella’s en een paar Pornstar Martini’s. En al zeker niet in Crawfordsville. Ook niet in Lommel dus. Het zou nochtans ferm op je visitekaartje staan blinken mocht je met een 250 Jett Lawrence het nakijken geven. Het is dus niet realistisch want op een 450 ga je je tenen al flink moeten uit kuisen om Jettson te kunnen volgen. Hij is op dit moment de beste crosser op deze aardkluit, zeker weten.

Het enige voordeel van de Open reeks is dat je als MX2-rijder eens kan zien wat je waard bent op een 450. Liam Everts deed dat meer dan voortreffelijk. De altijd beschikbare power, vooral onderin, ligt de rijstijl van Liamski veel beter dan het uitwringen van een MX2-machine. Mocht ik het voor het zeggen hebben bij Nestaan Husqvarna, ik zou wel weten op welke fiets Liam volgend jaar zit. Ook de Japanner Jo Shimoda deed dat prima. Hij is hardnekkig en verbeten in de duels en lijkt gemaakt voor een 450.

Het is leuk om een MX2-rijder te zien testen op een 450 maar daarvoor dient de MXoN dus niet. De gemengde reeksen met MX2- en MXGP-motoren zijn bovendien niet leuk voor de MX2-rijders omdat ze met zekerheid “zand gaan vreten” van de snellere 450cc machines. Al bij de start zijn ze in het nadeel en ook voor de kijker thuis is het onduidelijk. Je zit constant te rekenen om je een beeld te kunnen vormen van de rangschikking van de deelnemende landen.

Hierbij wil ik me scharen achter een idee dat Roger De Coster vorig jaar opperde tijdens een interview. Hij ziet voordelen in een format met vier reeksen waarvan twee met 250cc en twee met 450cc motoren. Er zijn dan vier rijders nodig, terwijl dit er momenteel slechts drie zijn in een landenteam. Volgens hem krijg je dan evenwichtigere races. Ik vind het een prima voorstel.

Dan is er nog het puntensysteem. Andersom dan het format in de MXGP, krijgt de eerste een punt, de tweede twee punten enz. Wij gingen aan het rekenen en paste voor de eerste vier landen van de MXoN 2025 in de VS het MXGP-format toe waarbij in elke categorie 25 punten te verdienen was voor de winnaar, 22 voor P2, 20 voor P3 enz. Het bracht geen wereldschokkende veranderingen teweeg maar Frankrijk wipte met dit toegepaste format wel over de VS naar de tweede plaats. Australië bleef ook nu de eindwinnaar te zijn. De Belgen bleven hangen op de vierde plaats.

Waar wil ik naartoe? Wel, dat je beloond wordt voor een hard bevochten plekje vooraan in de heats. Er moet flink gewerkt worden op van P2 naar P1 te sprinten, en dat verdient in mijn ogen drie punten. Het is gewoon een eerlijker puntensysteem dan het huidige MXoN-format.

Nu het motorcross-seizoen is afgelopen, is het tijd voor bezinning, herbronning, teamwissels, feestjes en de lay-out van onze kerstboom. Bovendien moet ik de goede Sint adviseren over een passend geschenk voor onze kleindochter van zeven. Die vindt Camille iets voor kleuters en is helemaal tuk op Pommelien Thijs. Ze wil ook alles weten over de cross en gaat volgend jaar haar eerste meters doen op een motor. De Sint brengt in de nacht van 5 op 6 december best een degelijke helm mee en mag die aan de zijdeur leggen want een helm gaat niet door mijn schouw. En zijn paard moet nu ook geen gezeik gaan zoeken op mijn dak, want dat is uitgerust met spekgladde zonnepanelen.

Ik wil niet dat daags nadien in Het Belang van Limburg te lezen staat: “De Sint dood terug gevonden aan de voordeur van brave Hasselaars”.

Tekst: Danny Hermans

Foto: Infront Moto racing